Greet Joosten - Noordenvelder

|
| Foto: |
actueel

NORG – In 2002 werd ze voorzitter van de Culturele Raad in Norg. En nog steeds houdt ze hiervoor kantoor aan haar eettafel. De flyers met het programma, ze ontwerpt ze zelf, heeft ze zojuist weer geprint en liggen klaar voor verspreiding. Greet Joosten-Schipper staat voor bijna 50 jaar cultuur in het esdorp.


‘Volgend jaar vieren we het 50-jarig bestaan van De Brinkhof. En destijds werd even daarna ook de Culturele Raad opgericht’, vertelt Joosten. Het was haar buurvrouw die in die tijd bedacht dat het nieuwe multifunctionele centrum uiterst geschikt was om te exposeren. ‘En ik hielp haar met het ophangen van schilderijen.’ Zo begon ze met haar hand- en spandiensten voor de Culturele Raad. Want niet veel later schonk ze koffie en betaalde ze onder meer musici uit de kas. Ook organiseerde ze met haar buurvrouw een aquarelcursus. ‘Het was zo’n succes dat we meteen met twee groepen startten. En daaruit kwam ook het idee om de teken- en schilderclub de Nörger Varvers op te richten’, voegt ze daar aan toe. Het was de toenmalige wethouder die haar vroeg de statuten te maken en nog steeds is ze secretaris van deze vereniging. ‘Al kost het mij als Amsterdamse nog steeds moeite de naam van de vereniging juist uit te spreken’, lacht Joosten.


Ze kwam door het werk van haar echtgenoot naar het Noorden. ‘Toen hij door Bührmann Papier werd uitgezonden naar een filiaal in Groningen, ging ik als z’n verloofde met hem mee.’ Om in aanmerking te komen voor een woning trouwden ze en werd Groningen hun nieuwe woonplaats. ‘Tot mijn man werd getipt voor een functie bij Philips in de grammofoonplatenindustrie.’ Hij werd vertegenwoordiger van het Noorden en zo streek het gezin met inmiddels twee kinderen, na een toer door verschillende dorpen, neer in Norg. In Norg verwelkomden ze hun derde kind en zette ze naast het moederschap haar eerste schreden in het vrijwilligerswerk met bestuursactiviteiten voor de zwemvereniging. ‘Nee, werken dat mocht in die tijd niet. Je kreeg ontslag als je ging trouwen.’


Een buurman nam haar mee naar schilderles en wat ze nooit had gedacht, ze bleek aanleg te hebben. Bij de aquarellessen en de Nörger Varvers mocht ze daarna alle verschillende technieken uitproberen. ‘Inmiddels ben ik gestopt met schilderen, maar ben ik er nog wel veel mee bezig. Ik heb geleerd met andere ogen naar kunst te kijken. Er is in dat opzicht een nieuwe wereld voor mij opengegaan.’ De Culturele Raad zorgt voor exposities, maar ook voor muziek. ‘En ook daar heb ik veel mee’, laat Joosten weten. Zelf speelde ze vroeger serieus mandoline in een orkestje in Amsterdam. En haar echtgenoot speelde niet onverdienstelijk viool. Samen bezochten ze vele voorstellingen. ‘En nog steeds ga ik het liefst naar een vioolconcert.’


Haar man overleed in 2000, heel plotseling. ‘Hoe ik toen verderging? Ik ben direct doorgegaan. Ik was al werkzaam voor de Culturele Raad.’ Het gaf haar veel afleiding en de stap naar voorzitterschap was daarna snel gemaakt.


Vele uurtjes is deze krasse dame ook te vinden in de tuin. Het zit in haar bloed, want haar vader had als tuinder hele groene vingers. Kijken we door de vensters dan zien we voor en achter een wilde tuin. Toch moet ze haar grote hobby door een ellendige huidziekte momenteel wel anders invullen. Ze vertelt: ‘Waarschijnlijk is er met het oprapen van bladeren in het vroege voorjaar een grote stofwolk aan larven van neten op mijn huid gekomen. Ze lijken zich en más op mij te hebben gestort.’ Ze baalt, want ze ziet zichzelf toch echt niet met een masker in de tuin werken.


Greet Joosten, ze is een rustige en observerende dame. ‘En vroeger heel verlegen’, lacht ze, ‘maar daar ben ik door alle activiteiten in mijn leven overheen gegroeid.’ Wel is duidelijk dat ze door haar karakter altijd goed heeft kunnen organiseren en regelen. ‘En’, voegt ze daaraan toe, ‘ik kan heel goed relativeren, kijk eerst maar eens naar de andere kant van een verhaal.’


Ze zou willen dat mensen zich minder gauw opwinden. Ze vindt het best dat mensen in actie komen, maar alsjeblieft niet te schreeuwerig.


In de zomer viert ze een feestje, dan wordt ze 90 jaar. En hoewel ze momenteel geplaagd wordt door het huidprobleem voelt ze zich nog goed gezond. ‘Het zit in mijn genen. M’n vader en ook m’n broer en zus hebben een hoge leeftijd bereikt. Verder heb ik altijd sober geleefd en gezond gegeten. En de hometrainer? Ach, daar vergeet ik op te gaan, die staat er eigenlijk als meubelstuk.’

UIT DE KRANT