Noordenvelders: Jaap Koster

Afbeelding
actueel

Afgelopen week was deze Noordenvelder nog in het nieuws. Jaap Koster uit Peize is namelijk Koninklijk onderscheiden. Burgemeester Klaas Smid speldde hem het erelintje op als dank voor liefst vijftig jaar vrijwillige inzet voor de Peizer tennisclub. Vijftig jaar onbezoldigde arbeid. Voor Jaap Koster heel normaal. Ben je lid van een club, dan doe je daar iets voor. Sinds vijf jaar slaat hij samen met zijn vrouw Gety ook graag een balletje op de golfbaan in Roden. Ware het niet dat hij daar met een clubje de faciliteitencommissie heeft opgericht én is toegetreden tot de baancommissie. Hoog tijd voor een gesprek met deze duizendpoot voor wie achterover leunen geen optie is.


Veertig jaar lang werkte Jaap Koster (71) uit Peize voor de KPN, toen nog de PTT in Groningen. De laatste jaren van zijn carrière was hij verkeersobservator voor de KPN. Niet dat hij het verkeer rondom de kantoren van de bedrijfspanden in de gaten hield, met gemotoriseerd verkeer heeft het helemaal niets te maken. ‘In samenwerking met de Verenigde Staten was er een project opgestart om verkeersstromen in bundels te meten. Dat was in de negentiger jaren, internet kwam op. Mensen gingen massaal inbellen tijdens de Soundmixshow van Hennie Huisman. Toen lag de hele boel plat. Het ‘Hennie Huisman-effect’ noemden ze dat. Wij moesten aan de slag om snel apparatuur bij te plaatsen.’


Koster voelt zich Peizenaar, maar is er niet geboren. Zijn roots liggen in Hoogezand. Daar ontmoette hij zijn vrouw Gety en later zijn ze samen naar Peize verhuisd, waar haar ouders woonden. ‘We zijn getrouwd in het oude gemeentehuis van Peize. Gety kreeg een baan als tandartsassistente. Al snel kregen we een mooi huis toegewezen, een woning met vier slaapkamers. Via de tandarts, die vond dat we ‘op stand’ moesten wonen. We wilden het huis wel kopen. Dat mocht niet, we verdienden teveel. Later werden deze huizen gebouwd (aan de Stoeken), we wonen hier nu dertig jaar.’ Al vanaf zijn schooltijd doet de Peizenaar vrijwilligerswerk. Op school hielp hij met van alles en nog wat, hetzelfde deed hij op de korfbalclub. ‘Iets doen voor de club waar je lid van bent, vind ik belangrijk. Dat heb ik altijd al gehad. Ook als iemand iets had: ik help wel even.’ Dan lachend: ‘Dat is een keer bijna mijn dood geworden. Gety is de zus van Yvonne Boonstra. Samen met Karst had ze Café Boonstra in Peize. Ik hielp bij de verbouwing van de grote zaal. Riep nog: is de stroom eraf? Dat was dus niet zo. Ik knipte twee draden door en kreeg een enorme stroomstoot door mijn borstkas. Dat was wel heftig. Gelukkig kon ik het navertellen.’


Toen Jaap bij de tennisclub kwam, had de vereniging twee grasveldjes en een bungalowtent als kantine. ‘Twee jaar later kregen we gravelbanen. Ik trad toe tot de wedstrijdcommissie en heb later de onderhoudscommissie mede opgericht. Daar ben ik in blijven hangen. In de winter hield ik het park ook open, zorgde ervoor dat de banen bespeelbaar bleven. Toen groundsman Jan Brink ermee ophield, heb ik de zomers ook maar bij gepakt. We doen echt alles zelf, er komt geen bedrijf aan te pas. Zeven ton gravel eraf schrapen en er weer op strooien. Zonder vrijwilligers kan een vereniging niet bestaan. Een vrijwilligersgroep verdient tienduizend euro per jaar voor de vereniging.’


Jaap Koster doet graag dingen voor een ander, maar staat zelf niet graag op de voorgrond. Leuk, dat lintje en de bijhorende oorkonde, maar aan de wand komt –ie zeker niet. ‘Op zaterdagmiddag zouden de commissies in het zonnetje gezet worden. Het vreemde was, was dat ik een aparte uitnodiging kreeg. Dat vond ik raar. Ik hoor bij de onderhoudscommissie, waarom dan toch een persoonlijke uitnodiging? Ik heb me afgemeld. Ik had geen zin om in de massa te staan. Dat heb ik ook gedaan toen de oud-voorzitter van de golfclub afscheid nam. Zelfde reden.’ ‘Sorry jongens, het is corona, dus ik ga niet’, stuurde Jaap per mail. Gety, die ook in het complot zat, bleef er rustig onder. Ze kent haar man als geen ander en ging er niet op in. Deed geen poging om hem over te halen, dat heeft geen zin en valt bovendien op, wist ze. Toen Jaap zaterdag door een aantal commissieleden van huis werd gehaald, ging hij toch mee. ‘Ook al had ik het vermoeden dat er iets aan de hand was, voelde het toch wel als een verrassing. Natuurlijk, het is een eer en het was best leuk. Maar hij blijft in de doos zitten.’


Behalve op de tennisbanen is Jaap regelmatig te vinden op de Roder golfclub. Daar herhaalt de geschiedenis zich. ‘Als jullie handjes nodig hebben, wil ik best helpen.’ Met een groepje richtte hij de faciliteitencommissie op. De kleedkamers, brasserie en het toiletgebouw zijn al opgeknapt, straks is het ‘kargebouw’ aan de beurt. Gety zit in de groencommissie. ‘We hopen het nog lang te mogen doen op deze manier.’

UIT DE KRANT