
FOXWOLDE – ‘Kijk eens naar het gras, dan neem je iets anders waar dan bij een ‘normale’ boer’, zegt Peter Oosterhof, terwijl hij de verslaggever in z’n ‘golfkarretje’ meeneemt zijn landerijen in. Gepassioneerd vertelt hij verder: ‘Er zitten veel meer klavers en kruiden in. We proberen een meer diverse grasmat te krijgen, zodanig dat wortels met elkaar gaan samenwerken en dat de klavers de stikstof uit de lucht haalt. Peter is biologisch melkveehouder en gebruikt geen kunstmest meer.
Volgens Peter schijnt een kwart van de Nederlandse aardgasproductie op te gaan aan de productie van stikstofkunstmest. Aan de voorkant pompen we het er duurbetaald in en aan de achterkant komt het er weer keihard uit. En die ammoniakuitstoot is inmiddels ook een duurbetaalde rekening geworden. Het is dít verhaal waarom hij besloot bioboer te worden. Hij was het zat om alles uit de kast te halen om zijn koeien zoveel mogelijk melk te laten geven. Iedereen die bij hem kwam had een verdienmodel aan hem en zíjn verdienmodel bleef gelijk. ‘En ik kreeg het ook nog eens veel drukker. En neem daarbij dan ook nog een naderende midlifecrisis’, lacht Peter, ‘maar ja, als boer kun je niet zomaar wat anders gaan doen, zoals iemand die in loondienst is, een nieuwe baan kan zoeken.’
In 2015 kwam de eerste info over biologisch boeren tot hem. Hij trapte er eerst flink tegenaan, het was te mooi om waar te zijn. Toch besloot hij eens wat te proberen en zelf op onderzoek uit te gaan. En inmiddels is hij volledig gericht op landbouw waarin hij met de natuur samenwerkt. Hij voedt de bodem met organisch materiaal om het gras beter te laten groeien. ‘Kijk hoe de grond van leven barst’, laat hij zien, terwijl hij een stuk grond omspit. ‘Je ziet de regenwormen omhoog komen en zij doen niets anders dan de grond losmaken. Zij zorgen daarbij voor water en zuurstof in de grond. De grond gaat weer openstaan, gaat werken als een spons, en daar word ik heel blij van.’
De vraag rijst of hij en z’n gezin hier van kunnen leven. ‘Vroeger produceerden we veel meer melk, maar dat vangen we nu op door een lagere kostprijs en een hogere bio melkprijs’, is zijn antwoord. De consument die dit koopt ís er en Peter is daarvoor erg dankbaar. Zij maken het mogelijk dat hij dit kan doen.
Of hij wist dat hij boer wilde worden? ‘Nee, maar ik kwam er wel achter dat deze plek belangrijk voor mij was’, aldus Peter. Daarom werd hij boer. Om te kunnen wonen, werken en leven op de plek waar hij was geboren en opgegroeid. ‘Ik ben in mijn leven dus nog geen meter opgeschoten’, grapt hij. Toch is hij hier een jaartje vandaan geweest. Dat was toen hij in Oenkerk naar de veehouderijpraktijkschool ging.
Peter maakt lange dagen, maar dat komt ook omdat hij er nog een functie bij heeft. Hij probeert zijn manier van landbouw namelijk te promoten. En reist voor het ministerie van LNV het land door om, volgens zijn eigen bewoordingen ‘zijn kunstje te laten zien’.
Tijd voor andere hobby’s heeft hij weinig. Zijn wekelijkse sportschoolbezoek zette hij om in yoga. ‘Dat begon met een geintje toen de instructrice aan ons vroeg wanneer wij, de jongens, eens mee gingen doen.’ Ze hadden steeds een goed excuus omdat ze niet konden op haar avonden. Totdat ze begon op de avond dat de mannen hun sportavond hadden. Toen kon Peter er niet meer onderuit. ‘Ik vond het niks, een geitenwollensokkenverhaal.’ Maar wat gebeurde er? Hij sliep daarna als een os. ‘Ik ben heel druk in mijn hoofd en op deze manier krijg ik wat rust.’
Peter wordt er gelukkig van als alles lekker loopt. Dat z’n koeien gezond zijn en dat er goed gras staat. Hij heeft niet zoveel met werken op de stal. ‘Nee, ik moet buiten zijn, ik geniet ervan als de koeien in de wei staan. Maar het belangrijkste is natuurlijk dat het met m’n kinderen goed gaat’, zegt de ongehuwd samenwonende boer, ‘dat laatste is m’n enige zonde’, grapt hij. Ook hoopt hij iets achter te laten waarbij de wereld toch nog een stukje beter is geworden.
Zijn manier van werken levert wel eens wat discussie op met andere boeren. Maar voor Peter betekent het niet dat de ander het niet goed doet. ‘Het is míjn verhaal, dit is waar ík voor sta.’ Het brengt hem bij z’n boodschap, namelijk ‘Leef en laten leven, ook voor de generaties na ons.’ Met natuurlijk een toevoeging: ‘Zorg voor de natuur, zodat de natuur weer voor ons kan zorgen. Dat is zoals de natuur het bedoeld heeft.’
Op de rit langs de weides stopt Peter om zijn vee er een stuk gras bij te geven. Een mooi moment om een foto te maken, mét zijn koeien. Maar deze hebben het druk met andere zaken, terwijl Peter de vliegen van zich af moet slaan. ‘Leuk hè, biodiversiteit.’ Om vervolgens te ruiken aan een plak stront en daarmee de cirkel rond te maken. ‘Het ruikt naar humus, de kraamkamer van het bodemleven, het begin van iets moois.’
