Hilde Wendel uit Norg gaat voor een plek in de Tweede Kamer

Afbeelding
Foto: ERIK VEENSTRA
actueel

NORG – Ambitieus, jong en vastbesloten. Hilde Wendel (27) uit Norg wil de Tweede Kamer in. De voormalig voorzitter van de Jongerenorganisatie Vrijheid en Democratie (JOVD) staat op plek 52 op de kandidatenlijst van de VVD. Ze weet wat ze wil: de stem van jongeren én het Noorden laten horen in politiek Den Haag. Wendel hoopt dat de VVD de grootste partij wordt en de eerste vrouwelijke premier mag leveren. Wendel heeft grote bewondering voor minister van Justitie en Veiligheid Dilan Yesilgöz.

Hilde Wendel draait al zo’n 9 jaar mee in de politiek. Uit een VVD-nest komt ze niet. Alhoewel haar oma wel ‘keihard VVD-er’ was. Zo iemand die de posters op haar ramen plakt in verkiezingstijd, vertelt Hilde Wendel in Hotel Karsten. Haar interesse voor de politie ontstond in haar studententijd toen ze integrale veiligheid studeerde aan de Torbecke Academie in Leeuwarden. Voor die tijd was ze vooral bezig met, wat ze zegt de meeste Norgers doen; een beetje letten op elkaar, noaberschap, ‘samen redden we het wel’. ‘Ik was 17 toen de minimumleeftijd waarop je alcohol mocht drinken werd ineens verhoogd van 16 naar 18 jaar. Ik dronk wel eens een wijntje. Die kon ik in een keer laten staan. Raar vond ik dat. Moet nou iemand in Den Haag dat beslissen? Dat is toch meer iets wat je met je ouders bespreekt. In Veenhuizen speelde de discussie over het wel of niet openblijven. Keuzes die grote invloed op ons hebben. Ook het leenstelsel stond ter discussie. Ik was een van de laatsten die een basisbeurs kreeg. Steeds meer besefte ik me hoe zeer de overheid zich met ons bemoeit. En als je je alleen maar bezighoudt met je eigen leventje hier, je geluid niet gehoord wordt. Te veel bemoeienis van de overheid werd mijn motivatie om me te verdiepen in de politiek. Ik werd lid van de JOVD, al vrij snel penningmeester en daarna voorzitter van de JOVD in Friesland.’ In juli 2020 werd Wendel op 24-jarige leeftijd voorzitter van de landelijke JOVD.

‘Frisse start’

De JOVD-tijd was ook haar eerste kennismaking met Dilan Yesilgöz, toen nog staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat. ‘In de eerste week dat ik voorzitter was, belde ze me: ‘wat moet ik meenemen in mijn portefeuille’, vroeg ze me. Dat is ook wat ik bewonder in haar. Dilan luistert echt. Ze is ook duidelijk. Ze wil niet langer dan acht jaar minister-president worden. Ik ben supertrots op wat Rutte heeft gedaan. Er zijn dingen niet goed gegaan, maar ook veel wel. Hij heeft ons land door veel crisissen geloodst. Maar er zijn ook veel waterige compromissen gesloten in het kader van landsbelang. Ik denk dat het voor de partij goed is om een frisse start te maken. Het zullen boeiende verkiezingen worden. Er staan veel nieuwe mensen op de lijst.’ 

Toen het kabinet viel werd Wendel gevraagd of ze na wilde denken over een plek op de kieslijst. ‘Ik kom uit het noorden, heb een link met alle drie de noordelijke provincies. Ik ben opgegroeid in Drenthe, studeer en werk in Friesland en woon in Groningen. Ik heb nagedacht en mijn vinger opgestoken.’ Wendel voerde gesprekken met de scoutingcommissie van de VVD. Haar motivatiebrief schreef ze deze zomer voor haar tentje in Frankrijk waar het 35 graden was. ‘Dat was een gekke situatie. Tijdens digitale vergaderingen zat ik voor de tent. Het zweet droop van mijn voorhoofd.’ 

Aandacht voor jongeren en het Noorden

Hilde Wendel heeft een duidelijk beeld voor ogen. Jongeren en het Noorden moeten goed vertegenwoordigd zijn in Den Haag. Het gaat te veel over de Randstad, vindt ze. En dan die bemoeienis van de overheid. Die gaat veel te ver. Eerst zelf problemen oplossen, als dat niet lukt is er de overheid. Wendel gaat het hele land door om debatten te voeren met jongeren. Op dezelfde manier als Yesilgöz dat doet: luisteren. ‘Het is niet aan mij om te zeggen ‘je moet dit of dat’. Ik probeer informatie op te halen. Wat vinden jullie belangrijk? Wat moet ik meenemen? Ik ben geen politica die vertelt hoe het in elkaar zit en hoe het moet zijn.’ Wendel vindt het belangrijk dat er jongeren op de lijst staan. ‘Er moet aandacht komen voor zaken als de mentale gezondheid van jongeren, de woningmarkt en onderwijs. Nederlands onderwijs moet de norm zijn.’ Dat is volgens Wendel de oplossing voor het probleem van het alsmaar groeiende buitenlandse studenten op universiteiten. Veel Nederlandse studenten kunnen daardoor geen huisvesting krijgen. ‘Wanneer je Nederlands onderwijs als norm stelt, dan krijg je automatisch dat buitenlandse studenten de keuze maken om die studie niet te volgen. Je zegt niet dwingend ‘je mag hier niet komen’, maar zo lost het probleem zich vanzelf op.’ 

Ook over het vraagstuk klimaat is Wendel duidelijk: samen voor een schonere toekomst en dat niet alleen uit de portemonnee van de ondernemer betalen. ‘We moeten samen met bedrijven op zoek gaan naar oplossingen. We moeten onszelf niet wegconcurreren en ondernemers het land uitjagen zodat ze over de grens verder gaan met uitstoten. Dan heb je alleen maar verliezers, raak je alles kwijt. Je moet het doen op een manier dat bedrijven en inwoners mee kunnen komen.’ 

Een politieke carrière betekent ook automatisch dat er minder vrije tijd overblijft. Daar is de jonge politica zich goed van bewust. ‘Vrienden verklaren me wel eens voor gek hoor, als ze me vragen om een drankje te doen en ik dat afsla omdat ik naar een lezing over kernenergie moet. Mijn drijfveer is om het geluid van hier te laten horen en als ik daar een wijntje voor moet laten staan dan is dat maar zo.’ Als Wendel in de Kamer komt is ze van plan werkbezoeken zoveel mogelijk in het Noorden te doen. ‘Ik neem ze mee naar de gasopslag. De schadeafhandeling moet op dezelfde manier als in Groningen gebeuren. Omgekeerde bewijslast. Afhandeling moet sneller en begrijpelijker worden voor mensen. Inwoners moeten weer het gevoel krijgen dat de overheid er voor ze is in plaats van dat ze bij zes verschillende loketten aan de bel moeten trekken.’ Wendel acht de kans dat ze in de Kamer komt aanwezig. ‘Nummer 48 is net geïnstalleerd, dat is wel heel dicht bij 52. Ik heb 20.000 voorkeursstemmen nodig. De komende weken ga ik veel debatten voeren.’ 

UIT DE KRANT